Muntheer : Bezittende vorsten. (Possidierende Fürsten)
Denominatie : Oord
Muntplaats : Mülheim bij de Rijn? voor Huissen.
Datum: 1614
Materiaal: Koper
Gewogen massa : 1,92 gram.
Diameter: 25,0 mm.
Voorzijde: Gekroond wapenschild van Gulik en Berg, geplaatst op een Bourgondisch stokkenkruis. Gesplitst jaartal ter weerszijden van het wapenschild 1614
Voorzijde omschrift : lelie MO : POSSI : PR]INC - IVLI : E: M[ON, of variant; Moneta possidentes Iuliae et Montensis; Munt van de bezittende vorsten van Gulik en Berg.
Keerzijde: Gekroond wapenschild met zes kwartieren binnen een gladde binnencirkel, de kroon doorbreekt de binnenrand.
In de zes kwartieren staan de wapens van: Gulik (leeuw), Kleef (Karbonkel), Berg (gekroonde leeuw), Mark (gekanteelde balk), Ravensberg (3 chevrons), en Meurs (faas).
Legende : IVS]TI[TIA : THRONVM. F]IR[MAT; of variant; Iustitia thronum firmat; Gerechtigheid is stevig gezeteld.
Opmerking van de heer K Pannekeet : Ik kan maar tot één conclusie komen en dat is dat het een oord (liard) is geslagen in 1614 op naam van de possiderende vorsten. De tekst is onmiskenbaar zoals op de oorden uit Huissen geslagen in 1609 en 1611. Ook de gebruikte wapens zijn identiek. De uitvoering is echter anders en doet mij denken aan de liards van Thorn geslagen in de periode 1613-1614. De munt kan niet te Huissen zijn geslagen omdat het munthuis in 1613 gedwongen werd gesloten en de stempels in beslag werden genomen. Er kunnen twee dingen zijn gebeurd, zij zijn geslagen in de munt van Mülheim ad Rijn waar Hendrik zijn munt naar toe had verplaatst en waar in 1614 daadwerkelijk gemunt is. De munt kan ook geslagen zijn te Thorn waar Hendrik op dat moment ook muntmeester was. Hij heeft in ieder geval van dezelfde stempelsnijder gebruik gemaakt als ik de uitvoering zo bekijk. Dit oord kan naast de munten van Thorn mede één van de redenen zijn geweest dat Hendrik ook door de zuid Nederlandse regering ter verantwoording werd geroepen. Al met al een hoogst interessant en uiterst zeldzaam muntje.
Lit ref cfr : Pannekeet HUI.10; Noss 450-456; Purmer & van der Wiel 1604. Noot zie Kees Pannekeet : Spelletjes spelen met de Staten-Generaal, de muntslag van de Overijsselse steden, Slootdorp, 2022, p. 15.